Het jaar 2020 betekende voor mij een wedergeboorte. Na vier jaar van diepgaand zelfonderzoek en een emotionele rollercoaster, hervond ik eindelijk mijn kracht. Ik kon weer parttime werken, zette me in als vrijwilliger en het allerbelangrijkste: ik had meer energie, was nauwelijks nog depressief en de heftige pieken en dalen maakten plaats voor meer stabiliteit. Het mooiste compliment kwam van mensen om me heen die opmarkten dat ik innerlijk veel rustiger was geworden.
Waarom viel ik uit?
Mijn uitval was puur noodzaak. Het oude systeem werkte simpelweg niet meer. Jaren van altijd mijn best doen, constant alert zijn en voortdurend bij anderen kijken wat zij nodig hadden, hadden hun tol geëist. Ik moest leren erkennen dat ik hooggevoelig ben en veel prikkels binnenkrijg die ik niet altijd kan verwerken. Het werd tijd om voor mezelf te zorgen. Het opgroeien in een destructief gezinssysteem had me de innerlijke opdracht gegeven dat ik het altijd goed moest doen. Deze patronen moesten worden ontmanteld.
Tien dingen die mij hielpen herstellen
Toen een vriendin me vroeg welke tien dingen me het meest hadden geholpen, moest ik niet lang nadenken. Hier zijn ze, in willekeurige volgorde:
1. Luisteren naar mijn lijf
Rust nemen wanneer mijn lichaam dat aangaf, zelfs direct na het opstaan en ontbijten. Ook al vond mijn hoofd het belachelijk om weer te gaan liggen met een dekentje op de bank – ik moest leren de signalen van mijn lijf serieus te nemen om energie op te bouwen.
2. Begrijpen wat er in mijn hoofd gebeurde
De masterclasses van Erik Scherder over hersenen bij burn-out en stress waren een openbaring. Mijn hoofd voelde als een PC met een volle harde schijf en een virus erop – en dat klopte met wat er daadwerkelijk gebeurde in mijn hersenen. Ook zijn praktische tip om iets heel nieuws te doen (in mijn geval fotograferen) was een eye-opener.
3. Triggers en patronen herkennen en veranderen
Altijd klaarstaan voor anderen was een groot patroon van mij. Niet voor niets is mijn intentie dit jaar dat ik voorop sta. Een deskundige therapeut hielp me dit af te pellen aan de hand van concrete situaties, zodat ik er zelf vaardiger in werd.
4. Mijn overgevoeligheid erkennen
Veel geluid, meerdere dingen tegelijk doen of spelletjes met ingewikkelde regels zijn te veel voor mijn zenuwstelsel. Een overbelast zenuwstelsel staat altijd op oranje en springt snel naar rood, waardoor het blokkeert. Noise-cancelling koptelefoons werden mijn redding.
5. Mijn manier van ontprikkelen vinden
Voor mij werkte wandelen door het bos, bewust stilte opzoeken, kalmerende muziek luisteren, een powernap nemen of gewoon een niet-spannende serie op Netflix kijken. Gewoon zijn zonder iets te hoeven.
6. Bij somberheid het tegenovergestelde doen
Wanneer somberheid opkwam, hielp het juist om het tegenovergestelde te doen van wat ik wilde (verdwijnen). Naar een andere plek gaan, afleiding zoeken bij mensen of activiteiten. Soms was een flinke huil- of klaagbui ook werkzaam.
7. Mijn eigen ruimte bewaken
In gezelschappen leerde ik te ‘haken’ – aanwezig zijn maar niet hoeven meedoen. Dit gaf me een veilig gevoel. Grote gezelschappen vermijden, op tijd komen en gaan, en vooral bewust kiezen of ik echt naar een afspraak wilde.
8. Structuur Behouden
Een vast ritme hielp enorm: vast opstaan, ’s ochtends computerwerk, na de lunch wandelen, ’s middags ruimte voor afspraken en bellen, en een vaste bedtijd. Vanuit deze structuur kon ik leren wat ik nodig had.
9. Lieve mensen om me heen
Veel lieve mensen en ervaringsdeskundigen die me konden bemoedigen als ik wanhoopte. Die hoop boden en er voor me waren – onmisbaar.
10. Creatief bezig zijn
Ik ging op ‘kunstexpeditie’ bij een bevriend kunstenaar om te leren spelen met allerlei creatieve materialen. Dit hielp me vaste patronen los te laten, uit mijn hoofd te gaan en mijn eigen creatieve bron aan te spreken.
En dan… scharrelen
Last but not least: heel veel scharrelen. Stilvallen was het allermoeilijkste – daar deed ik wel 2,5 jaar over. En dan komt de kunst om je interne impuls te volgen, of juist niet. Ik noem het scharrelen, net als een scharrelkip. In het ‘niets’ zijn is beangstigend, vooral voor een multitasker zoals ik. Maar het is ook de bron van je authentieke impulsen. Scharrelen helpt om nieuwe terreinen te verkennen en te accepteren dat je nooit meer de oude jezelf wordt. Je wordt een nieuwe zelf – je weet alleen nog niet hoe die eruitziet. Al doende leert men.
Tot slot
Ik ben benieuwd wat voor jou heeft geholpen in jouw herstelproces. Delen is zo waardevol – het geeft anderen hoop en inzicht. Wil je het een keer over jouw herstelproces hebben, boek een Perspectiefsessie!
Groet Helena 🔆


